woensdag 14 december 2016

‘De IJskoning’: klaar voor de uitgever? - deel IX

Op 'Nieten' Jacht

Waaraan een tekst dient te voldoen
Een tekst dient gevarieerd te zijn, o.a. in zinslengte en in woordkeuze. Teveel dezelfde woorden vlak op elkaar kunnen het lezen van een tekst ophouden. Wie niet gelezen wil worden, moet ze vooral laten staan.
Ik wil gelezen worden.
Volgens mijn Schrijverslogboek kwam ik op 1 oktober jl. erachter dat ik in ‘De IJskoning’ nogal vaak het woord ‘niet’ gebruikte. Daar ben ik de afgelopen periode dus mee aan de slag geweest.

Energievreter
‘Nieten’ vervangen door synoniemen als ‘weinig’, ‘moeilijk’, ‘onmogelijk’ en ‘allerminst’ kostte mij nogal wat energie.
Soms was het nodig om een zin volledig om te bouwen, omdat een synoniem niet paste. Ook dat kostte veel energie.
Over het algemeen had ik na anderhalf of twee uren ‘nieten’ vervangen het wel gehad.
Vandaar dat ik tussendoor andere, meer interessante schrijfzaken ter hand genomen heb. (Daarover in een volgende blog meer.)
Het verklaart ook waarom ik nu pas klaar ben met het verwijderen van ‘nieten’ in ‘De IJskoning.’

Bij kopzorg en radeloosheid: ga langs bij Harry Mulisch
Het verwijderen van ‘nieten’ bezorgde mij nogal wat kopzorg. Ik werd er een beetje radeloos van. Na drie weken vroeg ik mij af: Hoe doen andere schrijvers dit? Ik ging te rade bij Harry Mulisch. De eerste 54 bladzijden van ‘De Aanslag.’


Welgeteld kwam in op deze bladzijden 105 ‘nieten’ tegen. Op de manier hoe ze over de pagina’s waren verdeeld, dacht ik: ik ben op de goede weg. Dus ik ging door.

Eindelijk klaar met die ‘nieten’ klus?
Op donderdag 8 december was ik dan eindelijk door de 432 bladzijden van ‘De IJskoning’ heen. Ik overzag de overgebleven en vet gemaakte ‘nieten’ en was aan het eind van deze bezigheid weinig tevreden. Op sommige bladzijden zaten nog steeds vijf, soms wel zeven ‘nieten.’
Van Harry Mulisch wist ik het inmiddels. Hoe gingen andere gerenommeerde schrijver met ‘nieten’ om?

Het gerenommeerde schrijversonderzoek
Achtereenvolgens nam ik ter hand:

‘Noodlot’ / Louis Couperus
‘Grijze zielen’ /  Philippe Claudel
‘Honderd jaar eenzaamheid’ / Gabriel García Márquez
‘Liefde in tijden van Cholera’ / Gabriel García Márquez
‘Sinaasappels zijn niet de enige vruchten’ / Jeanette Winterson
‘De Voorlezer’ / Bernhard Schlink

Mulisch meegerekend, kwam ik tot het volgende resultaat:

 

Rekensom
Ik heb bewust 54 pagina’s gekozen, omdat ‘De IJskoning’ 432 bladzijden telt.

8 x 54 = 432

Zouden bovenstaande boeken evenveel bladzijden tellen als ‘De IJskoning’, dan zouden we per boek op het volgende aantal ‘nieten’ uitkomen: (A) 840, (N) 1169, (G)1024, (H) 984, (L) 1288, (S) 1376, (V) 1786.

Conclusie
Mijn roman ‘De IJskoning’ had voordat ik met de schifting begon 1490 ‘nieten.’ Ik heb ze kunnen terugbrengen tot 966. Daarmee kan ik ‘De IJskoning’ plaatsen tussen ‘De Aanslag’ en ‘Noodlot.’

Intermezzo
Er valt veel te zeggen over hoe bovenstaande schrijvers het woord ‘niet’ hebben toegepast. Misschien wijd ik daar ooit nog eens een blog aan.

Het gerenommeerde schrijversonderzoek: nuttig voor het schrijven van de ideale roman?
Na dit onderzoek, weet ik wat mij te doen staat. Stoppen met ‘nieten’ schiften. Ja, want je kunt wel eeuwig blijven sleutelen aan de vervolmaking van je roman, de ideale roman is toch niet te schrijven. Wanneer de ideale roman te schrijven was, schreef ik niet meer, dan zou niemand meer schrijven. Als je weet hoe het moet, is er weinig lol meer aan.

Wat mij verder te doen staat
Nog één keer ‘De IJskoning’ doorlezen. Om na te gaan of de woorden of zinnen die de ‘nieten’ hebben vervangen niet geforceerd overkomen. En daarna officieel bekendmaken, dat deze roman geschikt is om richting uitgever te gaan.

1 opmerking: